Verschenen op CiaoTutti, geschreven door Vanessa Bussola.
Een rustige blauwe zee, een uitgestrekt breed zandstrand, een lange boulevard met prachtige palmbomen en speeltuintjes, een kunstzinnige wandelpier, een kleurrijke haven, veel restaurants en barretjes… San Benedetto del Tronto (Le Marche) ademt in alles dat heerlijke vakantiegevoel.
Vanessa van Villa Bussola neemt je mee naar deze badplaats aan de Adriatische kust, een van de meest geliefde vakantieoorden voor Italiaanse gezinnen.
Vanessa: ‘Achter dit vakantieparadijsje gaat een lange geschiedenis van hard werken en overleven schuil. Met vallen en opstaan en vooral met heel veel liefde voor hun land én voor de zee hebben de Sanbenedettesi, de inwoners van San Benedetto del Tronto, een prachtige plek neer weten te zetten.
Ik vind het heerlijk om hier rond te lopen, om te kijken naar de golven die op het strand neerslaan en de zilte lucht in te ademen, om de gezellige sfeer van de markt te beleven en de bedrijvigheid in de haven te observeren of om de vele kunstobjecten te bewonderen. Ga je mee op pad in deze verrassende kustplaats?
Il mare fa bene alla salute
De enkele keer dat het me lukt om in de zomerperiode naar het strand te gaan, geniet ik volop. In San Benedetto del Tronto heerst er namelijk vanaf half juni tot half september een gezellige bedrijvigheid.
Dan hebben de Italiaanse kinderen drie maanden zomervakantie en komen ze massaal naar zee, waar ze met i nonni, de grootouders, en la mamma het hele seizoen verblijven (in hun tweede huis aan zee of in een gehuurde accommodatie). Dat zijn niet alleen locals uit de naburige dorpjes in het binnenland, maar gezinnen uit heel Italië, Italianen die ver van zee wonen en hun jaarlijks vitamine D-gehalte weer op peil willen brengen. Want il mare fa bene alla salute, de zee is gezond!
I papà, de vaders, komen afhankelijk van de afstand van hun thuisbasis meegenieten, ’s avonds na hun werk of in het weekend. Dit is een typisch Italiaanse manier van vakantie vieren.
Liggend op mijn strandbedje geniet ik dan van alle taferelen om me heen. De Italiaanse gezinnen herken ik onmiddellijk. Ze hebben een vaste plek op het strand van de strandtent, met een eigen parasol en ligbedjes die ze voor het hele zomerseizoen hebben gehuurd.
Ze kennen iedereen bij naam, ze zijn er ’s ochtends vroeg en gaan tussen de middag naar ‘huis’ voor de lunch en la pennichella (het middagdutje) en pas na vier uur, als de zon niet meer zo scherp is, komen ze weer terug naar het strand. De kinderen mogen hun dagelijks ijsje zelf uitzoeken en zijn vaak luidruchtig; op zondag eet het hele gezin vergezeld van vrienden en familie uitgebreid in het restaurant aan zee. Het is puur Italiaans genieten aan de Adriatische kust!
Dat is ook niet zo gek, want San Benedetto del Tronto beschikt over alles wat een Italiaans gezin tijdens de vakantie wenst: kindervermaak, een grote keuze aan winkels, goed eten, een schoon strand, uitgaansmogelijkheden, mooie natuur en veel cultuur in de directe omgeving. En zeker niet onbelangrijk: het is nog betaalbaar!
Lavorare, lavorare, lavorare, preferisco il rumore del mare
In de afgelopen jaren heb ik ontdekt dat San Benedetto del Tronto rijk is aan kunstwerken. Lavorare, lavorare, lavorare, preferisco il rumore del mare (‘Werken, werken, werken, ik heb liever het geluid van de zee’) is er een van. Het is een ontzettend groot en kleurrijk beeld, je kunt het echt niet missen.
Het staat prominent aan het begin van de boulevard op de driesprong van de Viale dei Tamerici, de Viale Trieste en de Viale Bruno Bruozzi. Vanaf dit punt kun je in drie richtingen lopen: naar de boulevard en het strand op, naar het stadscentrum of naar de pier en de haven.
Het is een van de vele beelden die symbool staan voor San Benedetto del Tronto. Kunstenaar Ugo Nespolo raakte geïnspireerd door een gedicht waarin de meest negatieve aspecten van il lavoro, het werk, bekritiseerd worden. Hebzucht, jaloezie en verlangen; aspecten die ons beletten te genieten van de mooiste geschenken van het leven, zoals in dit geval de zee.
Het is een bijzonder beeld dat niet door iedereen geapprecieerd wordt, maar dat wel voor iedereen een herkenningspunt is. Voor mij is het een startpunt om de drie verschillende gedeelten van San Benedetto del Tronto te ontdekken.
Het strand van San Benedetto del Tronto
Vanaf het beeld loopt een vier kilometer lange boulevard in zuidelijke richting. Je ziet hier de hele dag door mensen heen en weer wandelen, hardlopen, skeeleren, skaten, fietsen of met een hoog tempo de buggy voortduwen, vaak vergezeld door een trouwe hond. Een bezigheid die de locals graag uitoefenen om sportief en fit te blijven.
Ik laat me soms ook verleiden tot deze gewoonte. Ik loop dan eerst over het strand tot het zuidelijke deel van San Bendedetto del Tronto, dat Porto d’Ascoli heet. Ik laat dan graag de zee, de golven, de zonnestralen en het zand onder mijn voeten hun therapeutische werking op me uitoefenen.
Het strand is in de zomermaanden al vroeg druk. Alle strandpaviljoens (bagni of chaletgenoemd) hebben hun rijen gekleurde parasols met ligbedjes die ze verhuren al klaar staan (wees gerust: tussen de strandtenten door zijn ook stukjes vrij strand, spiaggia libera, waar je met je eigen handdoek kunt neerstrijken).
Er zijn hier altijd vroege vogels die in bikini en strakke zwembroekjes langs de vloedlijn lopen zodat ze een bruin tintje kunnen krijgen van de minder schadelijke zonnestralen in de ochtenduren. I bagnini, de strandwachters, maken de stranden en hun reddingspost schoon; een enkele jongen die de nacht heeft doorgehaald slaapt op het strand zijn roes uit of probeert wakker te worden door een duik in de uitnodigende blauwe zee te nemen. Ook ouders met baby’s lopen hier al vroeg rond.
Op deze vier kilometers zandgrond staan meer dan tachtig strandtenten, allemaal met een eigen bar en restaurant waar je heerlijk en betaalbaar kunt ontbijten, lunchen en dineren. De strandexploitanten zorgen ieder jaar minstens drie maanden lang voor de zomeranimatie in San Benedetto del Tronto.
In de wintermaanden is het hier rustig. Alleen een vijftiental strandtenten zijn in het weekend en op feestdagen open, de rest is gesloten of wordt gerenoveerd. Het contrast met de zomerperiode is heel groot, maar dat maakt de winter niet per definitie minder fijn. De parasols en ligbedjes zijn dan opgeruimd en het hele strand is vrij, je kunt er met je hond lopen en je ziet weer de vissersbootjes op het zand.
Ik geniet dan ook enorm van de energie van moeder natuur: il rumore del mare, het geluid van de neerslaande golven, de geur van de zee, de laagvliegende meeuwen en de schelpen die je aan de vloedlijn vindt.
Ter hoogte van Chalet Malibu loop ik naar de weg. Bij de rotonde aan de Via del Mare draai ik om en begin ik aan mijn terugweg over de prachtige boulevard.
Il lungomare, de boulevard van San Benedetto del Tronto
Teruglopend over de boulevard, il lungomare, heb ik een totaal ander zicht op de horecagelegenheden. Gezellige terrasjes in verschillende stijlen, leuke muziek, grappige namen, vele kleuren en heerlijke geuren die uit de keukens komen.
Het strandtoerisme in San Benedetto del Tronto begon pas in de jaren zestig toe te nemen. Eerder werd een strandvakantie vooral als iets voor de elite beschouwd. Toen het eerste deel van de promenade in de jaren dertig werd gebouwd, zag het er nog heel kaal uit.
De wandelpromenade is steeds verder uitgebreid en vernieuwd. Langs de hele lengte loopt nu zelfs een apart fietspad. De vele thematuintjes zorgen voor afwisseling: kleurrijke speeltoestellen, een tokkelbaantje en een bootje, bruggetjes en spiegels, comfortabele loungebankjes, watervalletjes en bijzondere planten… Als een ware bekroning wordt de hele boulevard versierd door majestueuze onweerstaanbare palmbomen.
La Riviera delle Palme – duizenden palmen langs de kust
De bijna negentig jaar oude palmbomen, die soms wel vijftien meter de hoogte ingaan, worden afgewisseld met kleurrijke oleanders en creëren samen een exotisch gevoel. De grootste palm ter wereld, die een omvang heeft van 4,74 meter en daarmee in het Guinness Book of Records staat, schijnt hier in een privétuin te staan.
Met maar liefst achtduizend palmen van dertien verschillende soorten is de naam Riviera delle Palme (voor de kuststrook vanaf het plaatsje Cupra Marittima, dertien kilometer noordelijker, tot aan San Benedetto del Tronto) met recht verdiend.
Dankzij al deze plezierige ‘afleidingen’ leg ik met gemak en in een mum van tijd de vier kilometer lange lungomare af.
Il Molo Sud & het Museo d’Arte sul Mare
Gefascineerd en een tikje weemoedig wandel ik terug naar het beeld Lavorare, lavorare, lavorare, preferisco il rumore del mare. Ik loop nu in oostelijke richting, de Viale delle Tamerici op. Rechts van me zijn het strand en de zee. Hier waarschuwt het kunstwerk Monumento al Pescatore met zijn trompethoorn de zeevissers voor gevaar van mist.
Recht voor me ligt mijn favoriete plek: het zuidelijke havenhoofd Molo Sud, een duizend meter lange pier met aan een kant enorme blokken travertijn die deel uitmaken van het openluchtmuseum Museo d’Arte sul Mare.
De natuursteenblokken beschermen de wandelaars namelijk niet alleen tegen de eventuele wilde zee, het zijn tegelijkertijd ware kunstwerken: meer dan honderdvijftig bijzondere sculpturen en eenentwintig kleurrijke muurschilderingen die door internationale kunstenaars in de afgelopen tweeëntwintig jaar zijn gemaakt.
Lees meer over de street art van Alice Pasquini, die je ook op bovenstaande foto ziet
Tijdens het jaarlijkse festival in juni komen vijf geselecteerde kunstenaars hun ontwerp letterlijk en figuurlijk uitwerken. Het is zwaar werk onder de hete zon, maar het resultaat is verbluffend. Echt vakmanschap!
Ik geniet ervan om hier te lopen en stil te staan bij de beelden. Sommige hebben een diepere betekenis of vertellen een bijzondere boodschap.
Halverwege de pier staat het tien meter hoge monument van Jonathan Livingstone Seagull, de meeuw uit het beroemde boek van Richard Bach. Dit kunstwerk staat symbool voor de genereuze bedrijvigheid en vasthoudendheid die typisch is voor zeevaarders, mensen die in stilte obstakels en moeilijkheden aanpakken en overwinnen.
Ik loop door tot aan het einde van de pier, tot bij het rode lichtbaken, waar ik de majestueuze open zee kan bewonderen. Ik zie de zeilbootjes en schepen voorbij varen en tref altijd een paar vissers die vanaf de rotsen hun hengel in de zee werpen.
Teruglopend heb ik in de verte zicht op de grote vissershaven, terwijl ik langs de gezellige jachthaven loop, met prachtige jachten en plezierboten. Je komt langs het restaurant Trattoria Molo Sud waar je, als je van vis houdt, een fantastische risotto kunt eten.
De haven & de visveiling
Eén plek die je niet mag missen als je San Benedetto del Tronto bezoekt, is il porto, de haven. De grote vissersboten met hun verschoten kleuren en talloze roestplekken bieden een nostalgische uitstraling, terwijl de kleine kleurrijke vissersbootjes juist heel vrolijk overkomen. Ik adem een sfeer van bedrijvigheid en professionaliteit, maar het voelt ook alsof ik een privéterrein betreed.
De haven van San Benedetto del Tronto is verdeeld in een vissershaven met een visafslag in het noordelijke deel en een toeristische haven met aanlegplaats voor plezierboten, motorjachten en zeilboten én restaurantjes aan de zuidelijke pier, de Molo Sud.
Ik kan me moeilijk voorstellen dat deze haven al in 1065 bestond. Er waren toen al ligplaatsen en een douane! Alleen ging het hier toen nog niet om vis, maar om zout, ijzer, wol, linnen, olie en alles wat geëxporteerd en geïmporteerd kon worden. Een interessante wetenswaardigheid is dat er –uit bescherming van de lokale wijn – geen buitenlandse wijn werd verhandeld. Wij Italianen waren toen al chauvinistisch…
Het economische hoogtepunt van de haven van San Benedetto del Tronto werd in de jaren zestig en zeventig bereikt. Het was in die jaren de belangrijkste haven van Italië voor wat betreft de grootste visvangst en het hoogste aantal vissersboten. Op dit moment staat de haven op de negende plaats. De daling in de classificatie is waarschijnlijk te wijten aan de scherpere Europese wetten voor de visserij en de steeds visarmer wordende Adriatische Zee.
Desalniettemin wordt de visafslag dagelijks druk bezocht. Heel vroeg in de ochtend wordt de dagverse vis geveild. Dit is een attractie op zich. De veiling begint op het moment dat de boten in de haven aanleggen en de vissers hun vangst uitladen (scampi’s, kreeften, roze en gewone garnalen, inktvis, zeeduivel, kabeljauw, heek, rode mul en tong, als ze geluk hebben ook zwaardvis en tonijn).
Dit gebeurt rond drie uur ‘s nachts. De restauranthouders en visverkopers zitten dan op een tribune te wachten om de kistjes vol verse vis te kunnen keuren en te bemachtigen. Dit gebeurt tegenwoordig allemaal digitaal. Op een scherm kan iedereen zien wie de kist uiteindelijk heeft gekocht en voor welke prijs.
Als toeschouwers mag je ook op de tribune plaatsnemen. Als je een zeer vroege vogel bent is het zeker de moeite van een bezoek waard. (Let wel op, want vanaf ongeveer half augustus geldt er een visverbod van veertig dagen. De veiling is dan dicht en de vis die je dan in restaurants eet is ingevroren of komt uit andere havens.)
Later in de ochtend zul je buiten de energie en vitaliteit van de vissers ervaren. Ze staan op de kade hun vis te verkopen, hun spullen schoon te maken en met elkaar te kletsen. Vaak zitten de vrouwen ernaast om met de hand de netten te repareren. Vreugde vermengt zich hier met hard werken, prachtig om te zien!
Museo del Mare
In het gebouw van de visafslag (aan de Via Cristoforo Colombo) vind je ook het Museo del Mare, een museum dat volledig is gewijd aan de zee. De geschiedenis van San Benedetto del Tronto en de maritieme beschaving van de regio Le Marche worden met passie uitgebeeld, aan de hand van een grote collectie kruiken, foto’s en attributen van vroeger, opgezette vissen (waaronder ook diverse haaien), miniatuurboten en schilderijen.
foto’s: Museo del Mare
Culinaire specialiteiten
Het is vanzelfsprekend dat je in San Benedetto del Tronto – en vooral in de buurt van de haven – uitstekend vis kunt eten. Er zijn drie specialiteiten uit de lokale keuken die ik van harte kan aanbevelen.
De eerste specialiteit is la frittura di paranza, een bord vol gefrituurde, uiteraard vers gevangen, vis en schaaldieren. Het is vernoemd naar la paranza, de naam van de antieke vissersboot met een ronde romp en een mast met Latijns zeil, typisch voor San Benedetto del Tronto.
De tweede is alici marinate, een voorgerechtje van verse gemarineerde ansjovisjes die heerlijk smaken op brood, met wat olijfolie.
De derde specialiteit is il brodetto alla sambenedettese, hét lokale gerecht bij uitstek. Het is een rijk gevuld stoofpotje of vissoep met diverse soorten vis, schelp- en schaaldieren en geroosterd brood. De samenstelling is gebonden aan strenge regels, want overal aan deze kust vind je dit gerecht en iedere badplaats heeft zijn eigen recept.
De oorsprong van de brodetto ligt in de zevende eeuw voor Christus, in de oude Griekse mythologie. Het verhaal gaat dat de eerste brodetto door de godin Venus bereid werd om haar man Vulcanus te sussen, omdat hij betwijfelde of ze hem wel trouw was.
In een antiek recept uit de achttiende eeuw staat dat de kok aan boord van de paranzaeen soep met vis, water, zeewater en zure wijn maakte. Een eeuw later verrijkten de gezinnen aan land dit recept door er groente aan toe te voegen. Het gebruik van paprika’s en aceto zijn typerend voor het recept uit San Benedetto del Tronto.
Wil je dit gerecht in een restaurant bestellen? Meld het dan gelijk bij het reserveren van je tafel, want de bereidingstijd is lang en de ingrediënten, met name de vissoorten, zijn niet het hele jaar door verkrijgbaar.
Om je maaltijd helemaal volgens de antiek visserstraditie af te sluiten, bestel je na afloop un caffè del marinaio (‘een koffie van de zeeman’), een espresso met daarin een flinke scheut anijslikeur.
De vissers namen deze zelfgestookte likeur, Mistrà genaamd, mee op zee. Op koude dagen zetten ze aan boord koffie die ze vervolgens aanlengden met Mistrà en rum. Zo hielden ze zich warm. Il caffè del marinaio wordt tegenwoordig ook als kant-en-klare likeur verkocht, maar vrijwel alle locals (en ik ook) hebben in huis een fles Mistrà staan.
De beste plekken om in San Benedetto del Tronto vis te eten zijn, buiten de eerder genoemde Trattoria Molo Sud:
*Cucina al Porto
*Il Gambero da Tato
*Ristorante Lelii
*Nudo e Crudo
*Puerto Baloo
*Ristorante Garibaldi
*Ristorante Danubio
Vanaf de haven loop je weer langs de vuurtoren, de discotheken, de skatebaan en de marktkraampjes. Ik sta even stil bij de gedachte aan hoe hard er hier gewerkt wordt om het hoofd boven water te kunnen houden.
De jaarlijkse terugkomende evenementen zoals de Fiera della Madonna della Marina (in het laatste weekend van juli), Ferragosto (de nacht van 14 op 15 augustus), de Fiera di Santa Lucia (op 13 december) en de antiekmarkt L’Antico e Le Palme (rond 6 januari) zijn slechts enkele initiatieven die de gemeente organiseert. Het bruist hier vaak van de gezelligheid en dat is maar goed ook, want inmiddels is toerisme de grootste bron van inkomsten van San Benedetto del Tronto.
Ik blijf nog even staan bij het beeld Lavorare, lavorare, lavorare, preferisco il rumore del mare en bekijk het nu met andere ogen. Gelukkig is de zee hier nooit ver weg en kun je tussen het werk door even opladen, met dank aan het geluid van de golven…’